Staat en slavernij:
Een terreinverkenning van het Koninkrijk der Nederlanden

Op 1 juni 2022 is een regiegroep van start gegaan om te komen tot een terreinverkenning en het opstellen van een onderzoeksagenda met betrekking tot het Nederlandse koloniale slavernijverleden en zijn doorwerkingen. Het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft deze opdracht aan de regiegroep meegegeven naar aanleiding van de motie van Tweede Kamerlid Ceder en zijn medeondertekenaars. Deze motie vraagt de regering om in januari 2023 de uitkomsten te presenteren van een onafhankelijk nationaal onderzoek naar het slavernijverleden en om inzichtelijk te maken ‘wat er heeft plaatsgevonden ten tijde van de slavernij, namens wie en hoe’.

De regiegroep wordt gevormd door experts verbonden aan de instituten Koninklijk Instituut voor Taal, Land- en Volkenkunde (KITLV), Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis (IISG), Nationaal instituut Nederlands slavernijverleden en erfenis (NiNsee) en de Universiteit van Curaçao (UoC). Zij geven op wetenschappelijk verantwoorde wijze invulling aan de kennisbehoefte en zullen medio 2023 de eerste inzichten daarvan presenteren. Dit zal de vorm krijgen van een terreinverkenning die een analyse en synthese bevat van bestaande kennis over het Nederlandse koloniale slavernijverleden en zijn doorwerkingen. Op basis daarvan zal een onderzoeksagenda worden geformuleerd die richtinggevend zal kunnen zijn voor nieuw en uitvoerig toekomstig onderzoek.

De terreinverkenning stelt als centrale vragen:

  • Wat waren de sociaaleconomische, politieke en maatschappelijke omstandigheden en in het bijzonder de gevolgen van deze betrokkenheid van de Nederlandse staat en samenleving bij het koloniale slavernijverleden en de doorwerking, zowel in Nederland als in de gekoloniseerde samenlevingen?
  • Wat was de betrokkenheid van (voorlopers) van de Nederlandse staat bij het koloniale slavernijverleden en de doorwerking in de gekoloniseerde samenlevingen en in Nederland?
  • En hoe is daar in het verleden en heden op gereageerd en mee omgegaan door verschillende betrokkenen, zoals slaafgemaakten, bestuurders, ondernemers, en anderen in de gekoloniseerde samenlevingen? Hoe kan ruimte ontstaan voor herstel en heling?

Bezoek de project website www.staatenslavernij.nl voor meer informatie.

Prof.dr. Rose Mary Allen
Rose Mary Allen is antropologe en buitengewoon hoogleraar Cultuur, Gemeenschap en Geschiedenis aan de University of Curaçao. Ze heeft verschillende publicaties op haar naam over een breed scala aan onderwerpen betreffende de sociale en culturele geschiedenis van de Nederlandse Caribische eilanden. Momenteel is ze postdoc onderzoeker in het NWO-project ‘Cultural Practices of Citizenship under Conditions of Fragmented Sovereignty: Gendered and Sexual Citizenship in Curaçao and Bonaire’. Naast lid van de regiegroep voor dit onderzoek naar de rol en de impact van de Nederlandse overheid in het Nederlandse slavernijverleden, is zij ook een van de projectleiders van het NWO onderzoeksproject over de rol van de Nederlandse Hervormde Kerk in het slavernijverleden en de doorwerking hiervan (Protestantse Theologische Universiteit (PThU), VU en University of Curaçao).

Dr. Esther Captain
Esther Captain is historicus en als senior onderzoeker werkzaam bij het KITLV. Haar expertise is postkoloniaal Nederland in relatie tot de Antilliaanse eilanden, Indonesië en Suriname. Ze schreef bijdragen voor de stedelijke onderzoeken naar slavernij, kolonialisme en de doorwerking daarvan in Den Haag (2022), Utrecht (2021) en Rotterdam (2020) en is auteur van de wandelgids Sporen van slavernij in Utrecht (2012). Voor het boek Het koloniale en slavernijverleden van Hofstad Den Haag was ze co-redacteur. Van 2017 tot 2022 was ze tevens verbonden aan het onderzoeksprogramma ‘Onafhankelijkheid, Dekolonisatie, Geweld en Oorlog in Indonesië 1945-1950’, wat resulteerde in Het geluid van geweld. Bersiap en de dynamiek van geweld tijdens de eerste fase van de Indonesische revolutie, 1945-1946 (2022). Eerder schreef ze Oorlogserfgoed overzee: De erfenis van de Tweede Wereldoorlog in Aruba, Curaçao, Indonesië en Suriname (2010) en over families, generaties, oorlog en trauma. Ze is voorzitter van de stichting Keti Koti Tafel, een dialoogvorm met rituelen waarbij door het uitwisselen van persoonlijke ervaringen, herinneringen en gevoelens stilgestaan wordt bij de hedendaagse gevolgen van het Nederlandse slavernijverleden.

Dr. Matthias van Rossum
Matthias van Rossum is als senior onderzoeker werkzaam bij het Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis (IISG). Zijn onderzoek richt zich op de mondiale geschiedenis van arbeid, kolonialisme, slavernij en slavenhandel. Hij is projectleider van het ‘GLOBALISE project’ (2022-2026) dat een digitale onderzoeksinfrastructuur ontwikkelt voor het archief van de Verenigde Oost-Indische Compagnie. Daarnaast is hij mede-coördinator van het internationale databaseproject ‘Exploring Slave Trade in Asia’ dat tot doel heeft de slavenhandel in de Indische Oceaan en Indonesische archipel in kaart brengen. En vanaf de zomer 2023 zal hij een NWO Vidi project leiden dat verzet en reacties op totslaafmaking onderzoekt aan de hand van getuigenissen van slaafgemaakten en anderen in koloniale rechtszaken.

Drs. Urwin C. Vyent
Urwin Vyent is directeur van het Nationaal Instituut Nederlands slavernijverleden en erfenis (NiNsee). Naast zijn werk voor NiNsee houdt Vyent zich bezig met de ontwikkeling van een slavernijmuseum in Amsterdam. Daarnaast is hij regelmatig als expert te gast in media om te spreken over de doorwerking van ons slavernijverleden en hoe we daarmee om zouden kunnen gaan. Van 2010 tot 2018 was Vyent stadsdeel wethouder in Amsterdam Zuidoost. Daarvoor, van 2004 tot 2010, was hij directeur van Podium Kwakoe, een culturele organisatie die debatten, lezingen en conferenties organiseert ter emancipatie van de Afro-Caribische gemeenschap in Amsterdam. Vyent heeft twee boeken gepubliceerd. In 2018 verscheen De profeet aan de Para, over de moeizame relatie tussen de Afrikaans-Surinaamse religie en het Joods-christelijke geloof in het Suriname van de twintigste eeuw, Gekocht en betaald, over het leven op voormalig Surinaamse slavenplantage Onverwagt, kwam uit in 2016.

Drs. Kathleen Ferrier
Kathleen Ferrier is geboren in Suriname. Ze studeerde Spaans en het Portugees van Brazilië. Zij woonde en werkte in Chili en Brazilië (1984-1991) en in Hong Kong (2013-2018). Van 2002 -2012 was ze Tweede Kamerlid namens het CDA. Sinds 2019 is ze voorzitter van de Nederlandse Unesco Commissie. Ze is deskundige op het gebied van internationale betrekkingen, mensenrechten, divesiteit en inclusive. Ze adviseerde de gemeente Amsterdam over de tot standkoming van een museale voorziening Slavernijverleden en is betrokken bij verschillende initiatieven waarbij de focus ligt op mensenrechten en democratie.

Drs. Xiomara Balentina
Xiomara Balentina is een in St. Eustatius geboren psycholoog en (gemeenschaps)activist. Ze behaalde haar professionele diploma in Nederland, waarna ze in 2012 terugkeerde naar de eilanden waar ze betrokken is geweest bij verschillende gemeenschap gerelateerde projecten. Zo maakte zij in 2021 deel uit van de Sint. Eustatius Heritage Research Commission (SHRC). De SHRC werd opgericht na protesten over de omgang met voorouderlijke overblijfselen die waren opgegraven op een voormalige Nederlandse plantage op het eiland en had de opdracht om de lokale overheid te voorzien van aanbevelingen voor het beter omgaan met voorouderlijke overblijfselen onder cultureel erfgoed. Momenteel is Balentina voorzitter van de nieuw opgerichte Uitvoeringscommissie Cultureel Erfgoed Sint Eustatius. De taak van het comité is om de gemeenschap te betrekken bij en te raadplegen over de implementatie van de bevindingen en aanbevelingen in het eindrapport van de SHRC met de steun van het ministerie van Cultuur.

Prof.dr. Henk te Velde
Henk te Velde is hoogleraar Nederlandse geschiedenis in Leiden. Hij is voorzitter van het Koninklijk Nederlands Historisch Genootschap en van de internationale Association for Political History. Hij heeft veel geschreven over de geschiedenis van politiek en politieke cultuur in Nederland in internationale context. Recentelijk heeft hij samen samen met Marnix Beyen en Judith Pollmann het publieksgeschiedenis boek De Lage Landen. Een geschiedenis voor vandaag (2021) uitgebracht. Vanaf zijn dissertatie in 1992 heeft hij regelmatig gepubliceerd over de geschiedenis van orangisme en de monarchie, zoals de samen met Donald Haks geredigeerde bundel Oranje onder. Populair orangisme van Willem van Oranje tot nu (2014). Hij was lid van de wetenschappelijke adviescommissie van het recente onderzoeksprogramma ‘Onafhankelijkheid, dekolonisatie, geweld en oorlog in Indonesië 1945-1950’.

Drs. Bert Wijbenga-van Nieuwenhuizen
Bert Wijbenga-van Nieuwenhuizen is burgemeester van de oude Hollandse haringstad Vlaardingen. De diverse bevolking van Vlaardingen vraagt om inclusie in een gepolariseerde tijd: een echte en oprechte inspanning van burgemeester en stadsbestuur. Hij gaat zich de komende jaren inzetten voor het verbeteren van veiligheid van de stad; het terugdringen van de sociale kwetsbaarheid in Westwijk, de ontwikkeling van een MBO-stad en het realiseren van veel extra woningen. Wijbenga-van Nieuwenhuizens ervaring als wethouder en loco-burgemeester van Rotterdam komt daarbij goed van pas. In deze functie was hij ook verantwoordelijk voor Integratie en Samenleven en heeft hij zich ingezet voor politiek en maatschappelijk heftige thema’s zoals Stoppen Zwarte Piet, LHBTI-geweld, seksuele straatintimidatie en slavernijverleden

Myrthe Kraaijenoord
Myrthe Kraaijenoord werkt voor het project als onderzoeksassistent. Zij is recentelijk afgestudeerd aan de Universiteit Leiden in de master ‘Colonial and Global History.’ In haar scriptie heeft ze zich bezig gehouden met de ontwikkeling van verschillende gemeenschappen en kingroepen van de zwarte bevolking van Curaçao ten tijde van slavernij. Nu zal ze zich voor dit project voornamelijk gaan inzetten voor ondersteunend onderzoek waar nodig en het onderhoud van de website. Daarmee wordt ze het aanspreekpunt voor mensen van buitenaf die vragen hebben of input willen leveren.

Eva Thielen
Voor dit project werkt Eva Thielen als bureauredacteur. Ze zal het contact onderhouden tussen de regiegroep, onderzoekers en de politieke en maatschappelijke partijen die bij het project betrokken zijn. Eerder werkte ze als redacteur op de filosofie- en geschiedenisredactie van Boom Uitgevers, bij Brills tijdschrift Exchange: Journal of Contemporary Christianities in Context en voor de Universiteit Utrecht. Voor haar master Middle Eastern Studies aan de Universiteit Leiden deed ze vanuit een petro-intersectionele lens onderzoek naar de gevolgen van olierijkdom in hedendaagse Saoedische literatuur.

Onderzoekers Staat en Slavernij verrast door ‘19 december’ | Trouw

Bij een kort geding tegen de datum van 19 december voor de excuses van het kabinet beweerde de landsadvocaat dat het ‘Staat en Slavernij’ onderzoek niet voor juni af zou zijn. Dit is foute informatie.

Op 19 december 2022 bracht het kabinet een reactie uit op het rapport ‘Ketenen van het verleden.’ Dit is de begeleide brief die hiervoor naar de kamer ging: Kabinetsreactie op het rapport van bevindingen van het Adviescollege dialooggroep slavernijverleden ‘Ketenen van het verleden’ | Tweede Kamer der Staten-Generaal

Op 8 juli 2021 nam de Tweede Kamer een motie aan van Kamerlid Don Ceder van de ChristenUnie. Deze vroeg het kabinet onderzoek te doen naar de betrokkenheid van de Nederlandse staat in het slavernijverleden. De motie is terug te vinden op de website van de Tweede Kamer: Rassendiscriminatie | Tweede Kamer der Staten-Generaal.

Het adviescollege Advies Dialooggroep Slavernijverleden is op 1 juli 2020 ingesteld door de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties om een maatschappelijke dialoog te organiseren over het Nederlands Slavernijverleden en de doorwerking daarvan in de hedendaagse samenleving. Hun bevindingen zijn op 1 juli 2021 naar voren gekomen in het rapport ‘Ketenen van het verleden.’ Deze is hier te vinden: Advies Dialooggroep Slavernijverleden ‘Ketenen van het Verleden’ | Rapport | Rijksoverheid.nl

In June 2022, the Royal Netherlands Institute of Southeast Asian and Caribbean Studies (KITLV), the National Institute for Dutch Slavery Past and Heritage (NiNsee), the International Institute of Social History (IISH) and the University of Curaçao started a research project on the Dutch colonial slavery past and its effects. The research has been commissioned by the Ministry of the Interior and Kingdom Relations in response to the motion by Member of Parliament Don Ceder and his co-signatories.

The field exploration is an independent national investigation into the slavery past and will provide insight into ‘what happened during slavery, on behalf of whom and how’. One of the central questions guiding the research is: how were the predecessors of the Dutch state involved in the colonial slavery past and its afterlifes in the (previously) colonised societies and the Kingdom of the Netherlands? Under the leadership of prof.dr. Rose Mary Allen, dr. Esther Captain, dr. Matthias van Rossum and drs. Urwin Vyent, the first insights of this research will be presented in book form in mid-2023.